Een werkwoord is reflexief als het onderwerp en het lijdend voorwerp hetzelfde zijn.
Met andere woorden: Is de persoon die de actie uitvoert ook degene die de actie ontvangt? Ok. Dan hebben we een wederkerend werkwoord.
Denk bijvoorbeeld aan: Douchen/zich scheren/zich kleden/make-up op doen…
Het is niet erg complex, we voegen gewoon -SE aan het eind van de infinitief werkwoord.
Ducharse | |
Yo ME | ducho |
Tu TE | duchas |
El / ella / Ud SE | ducha |
Nosotros /as NOS | duchamos |
Vosotros /as OS | ducháis |
Ellos / as / Uds SE | duchan |
ME
Ikzelf
TE
jezelf
SE
haarzelf / hemzelf / uzelf
NOS
onszelf
OS
julliezelf informeel
SE
hunzelf / uzelf meervoud formele
Als de zin twee werkwoorden heeft, kan het voornaamwoord (ME, TE, etc) direct voor het vervoegde werkwoord of aan het einde van de infinitief geplaatst worden. In dat laatste geval worden infinitief en wederkering EEN woord (Verme, Ducharme). Welke van de twee je gebruikt maakt niet uit, kies gewoon wat het makkelijker voor jou is.
Andere veelvoorkomende werkwoorden voor wederzijdse acties zijn:
Ayudarse
elkaar helpen
Conocerse
elkaar leren kennen
Encontrarse
elkaar vinden
Entenderse
elkaar begrijpen
Quererse
van elkaar houden
Respetarse
elkaar respecteren
Enojarse / Enfadarse
boos worden
Enfermarse
ziek worden
Preocuparse
zich zorgen maken
Relajarse
zich ontspannen
Sorprenderse
verrast worden / zijn
Tranquilizarse / Calmarse
rustig worden
De meeste van deze werkwoorden kunnen zowel reflexief als gewoon gebruikt worden (duchar (iemand) / ducharse (zichzelf), maar zoals ik je zal laten zien, zijn er bepaalde werkwoorden die meestal, of zelfs uitsluitend als reflexief gebruikt zijn.
Acordarse (o-ue)
Zich herinneren
Acostarse (o-ue)
Gaan liggen
Afeitarse
Zich scheren
Alegrarse
Blij worden
Arrepentirse (e-ie) [de]
Spijt hebben. (Alleen reflexief).
Atreverse/animarse [a]
Durven. (Alleen reflexief)
Casarse
Trouwen
Cepillarse
Poetsen (je tanden)
Despertarse (e-ie)
Wakker worden
Divertirse (ie)
Lol hebben
Divorciarse
(van elkaar) Scheiden
Enamorarse
(op elkaar) verliefd worden
Enojarse / Enfadarse
Boos worden
Irse
Weg gaan
Levantarse
Opstaan
Llamarse
Zich noemen
Maquillarse
Make-up op doen
Pararse
Opstaan (op je voeten)
Peinarse
Je haar kammen
Perderse (ie)
De weg kwijt raken
Ponerse
Worden / aandoen
Prepararse
Zich voorbereiden
Preocuparse
Zich zorgen maken
Rascarse
Krabben
Relajarse
Zich ontspannen
Quedarse
blijven
Quejarse (de)
Klagen. (Alleen reflexief)
Sacarse
Uitdoen (bv kleding)
Secarse
Jezelf drogen
Sentarse
(e-ie) Zitten
Sentirse
(e-ie) Zich voelen
Separarse
Scheiden
Sorprenderse
Verrast worden / zijn
Suicidarse
Zelfmoord plegen, alleen reflexief…
Tranquilizarse / Calmarse
Kalmeren
Vestirse
(e-i) aankleden